Product Overview
Samenvatting
Elke twee weken verdwijnt er ergens ter wereld een taal. Het belang van biodiversiteit is inmiddels gemeengoed; waarom zou de instandhouding van taaldiversiteit minder belangrijk zijn?
Aan de hand van de nagenoeg verdwenen taal Toendra Joekagier laat taalkundige Cecilia Odé zien wat het verlies betekent. Van de zevenhonderd Joekagieren zijn er nog zestig die de taal beheersen. `Als we ons niet haasten zullen de laatste Toendra Joekagier sprekers die hun moedertaal, traditionele vertelkunst en zang nog volledig beheersen, zijn gestorven, en met hen verdwijnt de taal en een uniek cultureel erfgoed.' Zo verwoordde Toendra Joekagier Gavril Koerilov zijn bezorgdheid tegenover Cecilia toen zij in 2004 voor het eerst het dorp Andrjoesjkino in Noord-Oost Siberië bezocht.
Cecilia heeft zich de woorden van Gavril Koerilov zeer ter harte genomen. Tijdens maandenlang veldwerk in extreme kou in de winter en verzengende hitte in de zomer heeft zij van 2004 tot 2016 de uitstervende taal helpen vastleggen.
In Bij de Joekagieren vertelt zij over haar avonturen, ervaringen, vriendschappen en het beleven van de overweldigende natuur. In de vorm van reisbrieven en in een speelse stijl vol anekdotes beschrijft de auteur haar veldwerk en haar bijzondere verblijf bij de Toendra Joekagieren. Haar verhalen en schitterende foto's laten een bijna verdwenen nomadencultuur zien.
Cecilia Odé, slaviste, deed jarenlang veldwerk bij de Joekagieren, in Jakoetië, in het noordoosten van Siberië. Daar onderzocht zij Paleo-Siberische talen. Eerder onderzocht zij West-Papoeatalen in de Vogelkop van Papoea, Indonesië. Haar specialismen zijn spraakmelodie, etnolingui?stiek, en de problematiek van bedreigde talen. Odé is ook videocineast en fotograaf. In 2017 verscheen haar bundel reisbrieven Veldwerk bij de Mpur. Notities uit de Vogelkop (Papoea, Indonesië).